Niederländisch » Deutsch

tot1 [tɔt] PRÄP

3. tot (maat, graad, hoeveelheid):

tot
bis
tot
tot barstens
dat is tot daar aan toe
tot de laatste man
tot op de cent
tot drie maal toe

5. tot (bestemming, bedoeling):

tot
zu +Dat
tot
für +Akk

7. tot (tegen):

tot
zu
tot elke prijs
x tot de derde (macht) wisk.
x hoch 3

tot2 [tɔt] KONJ

mond-tot-mond·re·cla·me <mond-tot-mondreclame|s> [mɔntɔtmɔntrəklamə] SUBST f


Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski